27 november 2022
De Zilverdag op 26 november
Gisteren ging ik naar de uitslag van de manuscriptenwedstrijd van Zilverspoor.

Ik ben blij dat ik, ondanks het slechte bericht van mijn huisarts dat allebei mijn knieën zijn versleten en de pijn waar ik de afgelopen maand mee heb te kampen, er toch naartoe ben gegaan. Ik heb me rustig gehouden en het is me gelukt om de hele middag te blijven. De zaal van Partycentrum de Binnenhof was een mooie plek om mensen te ontmoeten. Ik zat bij mijn maatjes van de Bootcamp in de buurt en heb ook andere bekenden gezien.
De juryleden van de wedstrijd hebben een aantal leerzame workshops gegeven over perspectief, doseren van informatie, dialogen en inclusiviteit in verhalen. Eigenlijk was het een bijeenkomst zoals ik die gewend ben van de uitgeverij, alleen was hij deze keer niet alleen voor de auteurs. Ook voor deelnemers aan de manuscriptenwedstrijd en voor fans en volgers van About Books was deze bijeenkomst georganiseerd. Leuk om nieuwe gezichten te zien en bekenden van Facebook en van de Zilveracademie tegen te komen.
Door het inleidende praatje van Cocky en Barry van Dijk en de workshops van Anaïd Haen, Sebastiaan Koen, Peter van Roermund en Kim ten Tusscher, met de pauzes ertussen voor een hapje en een drankje, liep de spanning voor de uitslag van de manuscriptenwedstrijd hoog op. Het dramatische effect moest blijkbaar een flinke rol spelen in dit verhaal.
Aan het einde van de middag kwam de uitslag waarop iedereen smachtend wachtte dan toch, zoals dat in het programma was aangegeven. Van de drieënveertig manuscripten, die door tweeënveertig auteurs waren ingestuurd, bleken er tien gediskwalificeerd te zijn. Dat vond ik best een hoog aantal en het leek op een herhaling van Waterloper eerder dit jaar. De redenen voor diskwalificatie bestonden uit : eerder uitgegeven, geen genreverhaal, geen alleenstaand verhaal, te weinig woorden, te veel woorden… Zijn er echt zulke slechte lezers dat men de voorwaarden van wedstrijden niet nauwkeurig opvolgt? Dit is toch niet te geloven?
Afijn, het hield dus in dat er eigenlijk drieëndertig manuscripten waren die in aanmerking kwamen voor een beoordeling door de jury. Er was een longlist van zeventien en een shortlist van zes verhalen. Ik zat in de longlist met mijn verhaal ‘Het geheim van Shiloh’, het haalde de veertiende plaats. Ergens had ik dat ook wel verwacht bij deze tweede manuscriptenwedstrijd sinds die van 2012. Tien jaar geleden bereikten Dinie en ik dit niveau nog niet, maar nu zit dit daar dus wel bij. Een teken dat mijn verhalen beter worden, denk ik hoopvol.

De uitslag en wat die met me heeft gedaan
De jury is best erg kritisch geweest, las ik in het juryrapport. Ze hebben de methode gebruikt die redacteuren van uitgeverijen gebruiken om uit een grote hoeveelheid manuscripten de beste eruit te vissen. Ik verwacht dus niet dat de jury met deze methode alle elementen die ik in ‘Het geheim van Shiloh’ heb gebruikt, waardoor dit verhaal mij zelf zo aanspreekt, hebben ontdekt. Dat blijkt ook wel te kloppen als ik het juryrapport lees. Er wordt bij dit soort wedstrijden altijd gezegd dat het schrijven van een verhaal, en nu dan een heel manuscript voor een boek, alleen al een grote prestatie is. Dat is ook zo, er is maar een beperkt aantal mensen dat meedoet en dat het ook daadwerkelijk geschreven krijgt. Als ik zie wat iemand ervoor moet doen, hoeveel tijd dat kost en hoeveel doorzettingsvermogen, hebben de organisatie en de jury hierin gewoon gelijk. Maar ik merk dat ik die opmerking, die ik bij alle schrijfwedstrijden steeds weer hoor, inmiddels met een flinke schep zout neem. Wat heb ik aan zo’n compliment als ik maar weer moet zien wat ik hierna nog met dit verhaal ga doen?
Eerlijk gezegd ben ik nogal in verwarring geraakt door wat er in het juryrapport staat. Vooral als ik me realiseer dat binnenkort mijn zevende boek bij deze uitgeverij zal worden uitgegeven en ik contracten heb voor nog zeven boeken. Zo slecht kan mijn schrijfwerk niet zijn, toch? Ik denk trouwens dat dit voor meer deelnemers zal gelden en ik ben dan ook echt niet van plan om het advies op te volgen om niets meer te doen met mijn manuscript en om het als een oefening voor een volgende aan de kant te leggen. Wel ben ik het met de jury eens dat dit verhaal nog wel wat verbeteringen kan gebruiken. En na de workshops van gisteren, vraag ik me af of ik het misschien vanuit Jethro Shiloh zelf had moeten laten gebeuren. Maar dan levert het in plaats van een boek misschien een hele serie op, want wat hij in 116 jaar beleefd heeft, is nogal wat. Ben ik weer te hard van stapel gelopen en heb ik er weer veel te veel in willen vertellen? Is het echt waar dat ik te lief ben voor deze wereld en voor mijn boeken? Afijn, ik ga er nog eens over denken hoe het nu verder moet.

Een oorkonde
Dat ik een echte oorkonde kreeg, was een leuke verrassing. En ook de workshops en het juryrapport vond ik fijn. Bovendien was het leuk andere schrijvers te spreken en te ontmoeten. Bijvoorbeeld mijn maatjes van de Bootcamp, met wie ik nu een band heb en waarmee ik samen bezig ben om korte verhalen te schrijven. Van hen won Mirjam Kerrar-Mol de vijfde prijs, zij zat met haar verhaal in de shortlist. Wat een prestatie! Echt heel erg fijn. Gefeliciteerd, Mirjam. En Arjen Broeze, bedankt voor je aanbod om het verhaal op te maken als het klaar is om gepubliceerd te worden. Ook fijn dat jij erbij kon zijn, Marco Samson.

Ik weet niet hoe het komt, maar dat Pam Hage zou gaan winnen, daar had ik al een hele tijd een voorgevoel van. Sinds ik haar verhaal over Orion las, op Facebook. Gefeliciteerd, Pam. Leuk dat je boek Sterrenduister wordt uitgegeven bij Zilverspoor. En Heleen van den Hoven, gefeliciteerd met de tweede prijs.
Volgend jaar komt er een nieuwe manuscriptenwedstrijd bij Zilverspoor. Het is fijn dat mijn uitgever zo enthousiast is om dit weer te organiseren voor de Nederlandstalige auteurs in ons genre. Ik ben daar best trots op.
Op het moment ben ik er zelf nog niet zo zeker van of ik aan die volgende manuscriptenwedstrijd mee wil doen. Hoewel, als ik een goed verhaalidee krijg, zal dat vast weer de drang veroorzaken om opnieuw een verhaal uit te willen werken. Het schrijven zit me nu eenmaal in het bloed, ik kan niet meer zonder. Wat mij ervan weerhoudt om iets nieuws te gaan bedenken is, dat ik bezig ben met Magische Alliantie, een groot project van zes boeken, verspreid over zes verschillende planeten in het door mij bedachte universum. Daar heb ik de contracten van Zilverbron al voor, dus voorlopig kan ik zonder manuscriptenwedstrijd ook ruim vooruit. En de workshops hebben me laten inzien dat ik daarmee ook nog veel nieuws kan ontdekken, naast alle theorie uit studieboeken over schrijven die ik zelf al wilde meenemen in deze zes verhalen. Dus werk genoeg.
En ooit wordt het manuscript dat nu op de veertiende plaats eindigde ook een boek, want ik vind het een te mooi verhaal om het nooit meer aan te kijken.
Groeten van Johanna Lime