15 april 2018
Saturnus Maan is een ambitieus en complex project, hoorde ik van mijn vader toen ik hem het een en ander uitlegde over waar ik mee bezig was met schrijven. We kregen er zelfs weer een verschil van mening over, dat hebben we steeds. Mijn vader en ik, iedere keer botsen we. En dat is nou juist ook een van de drijfveren van mij die achter dit verhaal zitten.
Ik heb vanuit mijn ervaringen kritiek op de maatschappij, ik wil iets duidelijk maken waardoor mensen die na mij leven niet in dezelfde val trappen als waarin ik ben getrapt gedurende mijn leven. Daarom wil ik nu juist autobiografisch schrijven, maar dan wel zonder mensen te kwetsen die dicht bij mij staan. Zij zijn ook een product van hun opvoeding en hebben de voor hen, op dat moment en met de mogelijkheden die voorhanden waren, beste keuzes gemaakt in hun leven, zoals ik dat ook heb gedaan.
Dat mijn vader gelijk heeft, als hij zegt dat ik ambitieus bezig ben met dit verhaal, heb ik echter wel gemerkt. Gezien wat er deze week speelde bij de Harland Awards Boekprijs is ambitieus zijn natuurlijk niet zo gek, al pretendeer ik niet de neiging te hebben literair te willen zijn. (Degenen die de discussie hebben gevolg op Facebook weten waar ik het over heb). Ik wil gewoon mijn verhaal kwijt en dan het liefst op een manier dat ik toch genreschrijver kan zijn. Dus als ik schrijf over waargebeurd in combinatie met science fiction, is het al gauw duidelijk dat dit project erg complex is.
Om in die complexiteit de weg te vinden en alle elementen die daardoor in het verhaal komen op de juiste plaats te krijgen, is me aardig opgebroken. Ik heb mijn doelstelling aan moeten passen. Ik ga geen 50.000 woorden halen deze maand. Als ik 25.000 woorden haal, zal ik al superblij zijn.
Het schrijven van dit technisch lastige verhaal gaat langzaam. Ik moet er veel moeite voor doen om het juist te verwoorden. Op een gegeven moment, tussen 9 en 14 april, lukte het niet meer. Ik wist niet hoe ik verder moest en alle lust om door te gaan was even helemaal verdwenen. De inspiratie was weg.
Gelukkig is er dan Facebook en heb ik daar in de loop van de tijd veel vriendjes gekregen. Zij hebben me door te antwoorden op een vraag om hulp weer op gang geholpen. Daar ben ik heel dankbaar voor. Ik doe dit niet alleen, er zijn anderen die met mij meedenken en laten blijken dat ze nieuwsgierig zijn naar een verhaal over twee vrouwen en twee aliens.
Zelf ben ik net zo nieuwsgierig naar hoe het verder zal gaan met de personages, want bij iedere alinea die geschreven wordt kan het de andere kant opspringen. Is er dan toch een muze die stiekem over mijn schouder meeleest? Of is dat gewoon Dinie die meedenkt en schaaft aan wat er tijdens het proces gebeurt? In elk geval ben ik nu bij hoofdstuk 12 aanbeland, terwijl ik bij hoofdstuk 5 begon op 1 april. (De eerste vier hoofdstukken zijn geschreven voor de cursus Schrijf Je Verhaal, bij de Online Schrijfschool van Marjon Sarneel). Er zit voortgang in dit verhaal en hoewel de diverse keerpunten en het eindpunt vaststaan, kan er in de tussenliggende hoofdstukken nog aardig wat gestuurd worden. Dat doet het creatieve proces en daar geniet ik van.
Het wordt een verhaal waarin er van alles bij elkaar komt en weer uit elkaar gaat. Er zit beweging in. Wat dat betreft lijkt het veel op het echte leven. Ik hoop alleen dat als het klaar is, ik er een manier voor vind om het de wereld in te brengen. Maar goed, tot die tijd blijf ik lekker schrijven en spin ik mijn draden zodat de boodschap uit het daarna geweven kleed tevoorschijn komt. Nog een halve maand te gaan. Met een score van 15.130 woorden moet 25.000 woorden ook te halen zijn.
Groeten van Marjo.