NaNoWriMo2015 – de derde week

Geplaatst 20 november 2015

NaNoWriMo 2015

Winnaar 1119 Negentiende dag

De afkorting NaNoWriMo staat voor de National Novel Writing Month in de USA en over de hele wereld. De uitdaging is om in de maand november 50.000 woorden te schrijven aan een roman. Vergeleken met vorig jaar, doen we het goed, want we hebben op 19 november de grens van de 50.000 woorden inmiddels al overschreden! Op een dag dat het woordenaantal nog niet eens gevalideerd kon worden. Maar we gaan gewoon door. Of we de 100.000 woorden halen, betwijfelen we, daar gaat het weer niet hard genoeg voor. Toch willen we er in de buurt komen. Het loopt lekker, elk woord dat we in november schrijven voor deze versie van ons boek is mooi meegenomen. We zitten nu in het ritme, we schrijven elke dag een aantal woorden en zien de staaftabel steeds hoger groeien. Dat motiveert om door te gaan.

De derde week van de NaNoWriMo blijkt voor ons eerder een “hel” week te zijn dan de tweede week die de naam draagt bij de organisatie zelf. In de derde week zat er een dag tussen waarop we Wordcount 19-11het minimum van 1667 woorden niet hebben gehaald. Daarvan kunnen we Windows 10 natuurlijk de schuld gaan geven, omdat er problemen waren met de computerprogramma’s en we daaraan veel tijd verloren hebben, maar eerlijk gezegd kwam het ook doordat we even niet goed wisten hoe het nu verder moest. Het uitstellen lag op de loer, het oplossen van de computerproblemen was eigenlijk een welkome afleiding, even iets anders en weinig zin om te schrijven. Die dag haalden we maar 543 woorden.

Vorig jaar zaten we met de redactieronde van Schimmenschuw die begonnen was, toen moesten we daar onze tijd in steken en ondanks dat wonnen we op 23 november met 50.409 woorden, uiteindelijk schreven we er in de hele maand november 53.586. Er zaten zes dagen bij waarop we niets geschreven hadden. 3.154 was het hoogste aantal woorden per dag, 0 het laagste.

Nu zijn we op 20 november aangeland in 2015. De proloog en hoofdstuk 1 en 2 hadden we voor november al af, die tellen we niet mee. De voorbereiding tellen we ook niet mee. We zijn hele nieuwe hoofdstukken aan het schrijven, een verhaal dat we nog niet eerder uitgetypt hadden. Voor de NaNoWriMo begonnen we aan hoofdstuk 3 en nu zijn we aanbeland bij hoofdstuk 12. Er zijn inmiddels 128 pagina’s A4 volgeschreven met 52.080 woorden. Vorig jaar zaten we op 43.378 woorden op 19 november. Het gaat dit jaar dus lekker vlot.

Gaat het dan alleen maar om de kwantiteit, om het aantal woorden dat je haalt op een dag? In een maand? NEE, zeker niet! We houden ook nog eens de kwaliteit van wat we schrijven in de gaten. Als we een gedeelte geschreven hebben, wordt het direct ook hardop doorgelezen we halen er eventuele fouten uit. Dat hoeft niet van NaNoWriMo, maar u weet van de vorige blog dat wij rebellen zijn. We doen dat toch! Want deze versie van ons verhaal willen we zo goed mogelijk voor onszelf opschrijven. Zoals Kelly van der Laan (Zij schreef de boeken: Stof en Schitteringen en Bloed en Scherven – uitgegeven bij Zilverbron – de uitgever die ook ons boek Schimmenschuw heeft uitgegeven) in een van haar blogs schreef: eerst schrijf je het verhaal helemaal op zodat je het aan jezelf verteld hebt. Daarna volgt het herschrijven om het uiteindelijk in de vorm te krijgen waarin het door de redactie kan en daarna in een boek komt te staan. Wij vinden dat een hele goede opmerking van haar en zijn het er helemaal mee eens. Zo zijn we nu ook bezig.

Dit verhaal wordt deel 1 van een trilogie, het speelt zich af in het koninkrijk Laskoro, drieduizend jaar later dan het meeste uit Schimmenschuw. Tijdens het schrijven krijgen we alweer de kriebels. Is dit wel vanuit het juiste personage geschreven? Hebben we niet te weinig POV’s nu we er maar vier gebruiken? Kunnen we dit niet nog beter opschrijven, zodat de wereld waarin het verhaal zich afspeelt beter uit de verf komt? Komen de personages goed over? Snapt de lezer nu waar de pijnpunten zitten? O, die twijfels!

We hebben de knoop doorgehakt. Nu schrijven we door en later, als we het verhaal aan onszelf verteld hebben, gaan we gewoon met een nieuwe versie beginnen. Dan wordt er geschrapt en aangevuld, geschaafd en gemodelleerd. Uiteindelijk is een boek schrijven een soort ambacht. Je hebt het wel in je hoofd, al zijn er soms dingen waarvan je je nog niet eens bewust bent en sluimeren die nog in het onderbewuste, maar als ze eenmaal boven komen, zorgt dat weer voor een sprong vooruit, een ontdekking, iets om plezier mee te hebben. En plezier hebben we in deze maand ook. Het gaat ook om schrijfplezier en het bedenken van nieuwe wendingen, nieuwe woorden en zinnen, humoristische of dramatische uiteenzettingen, leuke dialogen.

Statistieken:

1 november – 0 woorden

7 november – 20.974 woorden (einde van week 1)

9 november – 27.835 woorden (op de helft van 50.000)

14 november – 40.804 woorden (einde van week 2)

19 november – 52.080 woorden (nog niet het einde van week 3)

Aangezien we voor een boek misschien wel 150.000 woorden nodig hebben, gaan we gewoon door. En het zal zelfs tot ver na november door moeten gaan. Maar alles wat in de NaNoWriMo-maand geschreven is, helpt ons om deze versie van ons verhaal af te krijgen. En het doel om in een schrijfritme te raken is weer bereikt. Dat doel is voor ons wat telt bij de NaNoWriMo. De website met tabellen, berichten over schrijven en buddy’s helpt ons door de donkere novembermaanden heen, zodat we onze vrije tijd kunnen besteden aan iets nuttigs: SCHRIJVEN.