12 februari 2014

De juryrapporten van de PHP 2013 kwamen na lang wachten vandaag binnen. Wij hebben ze bestudeerd, nadat we ook die van de PHP 2012 er weer eens bij genomen hebben.

In 2012 deden wij mee met twee verhalen, die we samen schreven. Dit waren: “De Lillivallei” en “De wording van Chyndy”. Zij kwamen op de plaatsen 88 en 95 terecht bij een deelname van 103 verhalen.

In 2013 hebben wij ieder twee verhalen opgestuurd op persoonlijke titel. Marjo schreef: “Gordurand” en herschreef een eerder verhaal van ons, dat was: “Het kereltje van Fryeteria”. Die verhalen kwamen op de plaatsen 107 en 152 terecht bij 206 deelnames. Dinie schreef: “Equilibrium” en herschreef een eerder verhaal van ons, dat was: “De slangenvrouw”. Deze verhalen stonden op de plaatsen 169 en 203 op de ranglijst van 206 inzendingen.

De conclusies die wij trekken uit de commentaren van de voorselecteurs, zijn:

1. Hoewel wordt gesteld dat je de uitslagen van 2012 en 2013 niet kunt vergelijken, zijn we in verhouding met drie van de vier verhalen op de ranglijst gestegen, respectievelijk met 34 of 67 plaatsen (volgens naast elkaar gelegde rangorde voor 2012 of 2013), met 11 of 22 plaatsen, met 9 of 19 plaatsen en het laatste verhaal is gezakt met 7 of 15 plaatsen.

2. Voor drie van de vier verhalen hebben wij het door ons gestelde doel voor de PHP 2013 behaald. Ons doel was namelijk dat we in de rangorde zouden stijgen.

3. Volgens de rapporten van de voorselecteurs, vertelden we in 2012 teveel (tell not show, in plaats van show don’t tell), gaven we veel informatie (infodump) en gebruikten we teveel herhalingen. Het verhaal leek een samenvatting of een verslag met een aaneenschakeling van gebeurtenissen. We gebruikten te weinig conflict en er zat geen goede ontwikkeling in, waardoor het niet spannend genoeg was en de lezer weinig betrokken werd. De wereldbouw was wel goed. Er zaten zowel taaltechnische als verhaaltechnische fouten in, maar het was wel creatief.

3. In 2013 hadden we originele verhalen, interessante perspectieven en realistische werelden. De informatie kon toch nog wel beter gedoseerd worden en was dus nog steeds tamelijk veel. Actiescènes konden nog beter uitgewerkt worden en personages mogen meer diepgang krijgen. Er werd vermeld dat er een prettige sfeer uit de verhalen sprak, het was goed geschreven, in een prettige schrijfstijl. Er zat humor in de verhalen, maar die mag nog wel meer diepgang krijgen.

4. Wat we te leren hebben is dat we de personages zelf nog beter moeten kennen voordat we gaan schrijven, dat die meer innerlijk of extern in conflict mogen zijn. We moeten de hoofdlijnen goed in de gaten houden en een teveel aan details durven schrappen.

5. Voor zover wij kunnen nagaan is er tussen ons en de voorselecteurs wel enig conflict over de manier waarop zij tegen onze wereldbouw aankijken en hoe wij het zien. Dit zou er weleens op kunnen duiden dat ze niet zorgvuldig en nauwkeurig genoeg gelezen hebben, want een verhaal zoals dat op de wereld van “Equilibrium” afspeelt, kun je echt niet op de aarde laten plaatsvinden en de wereld waarop “De slangenvrouw” zich afspeelt is wel degelijk uitgewerkt. Wij nemen dan ook de vrijheid om dat commentaar opzij te leggen en er niets mee te doen, net zoals in 2012 toen we dat hebben gedaan met de onterechte kritiek van een bepaalde niet nader te noemen voorselecteur. We zijn nu eenmaal eigenwijze schrijfsters.

6. Het meedoen aan de Paul Harland Prijs is, ondanks dat we geen winnaar zijn geworden of enige andere leuke prijs in wacht konden slepen, een succes. Wij hebben zelf na de uitslag van 2012 al de beslissing genomen om een cursus fantasyschrijven te gaan volgen bij Martijn Lindeboom. Dat heeft ons vooruit gestuwd. Er zijn echt veel zaken verbeterd sinds 2012. Ook heeft een van de voorselecteurs ons toen op boeken gewezen die we zijn gaan bestuderen en die helpen ons ook goed verder.

7. Op eigen initiatief zijn we begonnen aan een cursus “Personages, conflict en perspectief” bij Schrijven Online. Helaas was dat pas nadat we de verhalen voor de PHP 2013 hadden opgestuurd, zelfs nadat we ons manuscript voor “Schimmenschuw” naar Zilverbron stuurden. Uit het juryrapport blijkt dat deze cursus, die we nu voor 75% af hebben, precies aansluit bij wat we nodig hebben om de volgende keer nog betere verhalen te schrijven.

8. Als laatste trekken we de conclusie dat we beter samen kunnen schrijven dan ieder apart. Volgens ons blijkt ook dat we de werelden van onze roman(s) niet moeten betrekken in de korte verhalen wedstrijden, maar dat we een heel nieuw verhaal daarvoor moeten opzetten.

Hartelijk dank aan de voorselecteurs en de organisatie van de PHP.